Spiraea
Deze compacte Spiraea is baanbrekend: hij bloeit non-stop van het voorjaar tot aan het najaar met prachtige diep rood-roze bloemen! Voeg daar aan toe kleurrijke bladeren die dieprood uitlopen, verkleuren naar donkergroen met continue dieprode jonge scheuten, en het resultaat is het hele seizoen lang een prachtig kleurenspel in de tuin.
Voor de meeste heesters geldt dat de herfst een goede periode is om ze te planten. De bodem is nog warm, waardoor de wortels zich goed kunnen ontwikkelen. Het geeft jouw heester de kans om zich te wortelen en te beginnen met groeien ‘in lijn met de seizoenen'. Het vroege voorjaar is een goed alternatief. Let op: als je de plant in de zomer aanplant, is de plant nog niet goed geworteld en heeft daardoor regelmatig water nodig. Geef de plant dan regelmatig water, zeker tijdens warme & droge periodes.
Hieronder vind je een uitgebreide instructie over hoe je je plant moet aanplanten.
1. Kijk op het etiket dat bij de plant zit of zoek jouw plant op onze website. Hier kun je zien welke behoefte aan zonlicht de plant heeft. Dit bepaalt of je een plek moet zoeken in de zon, halfschaduw of schaduw voor jouw plant.
2. Zorg ervoor dat de kluit van de plant goed vochtig is voordat je hem gaat planten (dompel hem bijvoorbeeld onder in een emmer met water).
3. Graaf een gat met dezelfde diepte als de pot, maar dan ongeveer 2-3 keer zo breed.
4. Meng de grond die uit het gat kwam met wat gemixte tuinaarde (dit kan je bij een tuincentrum kopen).
5. Schep de grond op de bodem van het gat een paar keer om, zodat de grond lekker luchtig wordt.
6. Verwijder de pot voorzichtig van de plant.
7. Maak het wortelstelsel los. Dit doe je door met je vingers tussen de wortels door te gaan en zo de wortels van elkaar los te maken. Dit zorgt er voor dat de plant goed gaat wortelen.
8. Plaats de plant in het midden van het gat met de bovenkant van de kluit net boven het oppervlak.
9. Vul het gat op met de gemixte tuinaarde en druk de grond rondom de plant stevig aan met je handen.
10. Geef de plant water.
11. Breng een laag mulch (bodemstrooisel) van 5-7 cm aan, maar hou de takken of stam vrij.
